HEEMKUNDEKRING
OP DE BEEK
PRINSENBEEK

Beeldbank Bibliotheek

   
 

 → 
 →  [Boeknummer 00010]
 

 
Klik op deze tekst voor een 100% weergave van bovenstaande afbeelding

 
 

 

Uitgebreid zoeken

Boeknummer : 00010
 
Titel : Geschiedenis van Noord-Brabant Dl 2. 1890-1945
Auteur(s) : prof.dr. H.F.J.M. v.d. Eeerenbeemt
Verschijningsjaar : 1996
Beschrijving : Geschiedenis van Noord-Brabant Dl 2. 1890-1945 Emancipatie en industrialisering

Inleiding: het historisch kader
Prof. dr. H.F.J.M. van den Eerenbeemt
Versnelling rond de eeuwwisseling, 1890-1914
Het politieke landschap zag er rond de eeuwwisseling wel erg divers uit. Dit verschijnsel zou alleen maar toenemen.
De grote politieke verdeeldheid was een kenmerk van het Nederlandse bestel. De liberalen waren op hun retour, de
socialisten stonden nog aan het begin van hun opkomst. In deze situatie was het ontstaan van een nieuwe dominante
machtsfactor van betekenis om het land bestuurbaar te houden. Het middenvlak van de christelijke coalitie, mo-
gelijk geworden uit welbegrepen eigenbelang en door vermindering van de vroegere religieuze tegenstellingen, was
voor de ontwikkeling van Noord-Brabant in de richting van een op basis van religie verzuilde samenleving van
groot belang.
Ondanks het in het voorgaande gestelde is voor de maatschappelijke modernisering van Noord-Brabant van
eminente betekenis geweest de sociale wetgeving die rond de eeuwwisseling zeer vruchtbaar was. In dit opzicht komt
de eer toe aan de liberale kabinetten Roëll en Pierson, die in de tweede helft van de jaren negentig belangrijke socia-
le wetten op stapel hebben gezet. Te noemen zijn de Veiligheidswet (1895), die de beveiliging van leven en ge-
zondheid van arbeiders in fabrieken en werkplaatsen ten doel had, en de Wet op de Kamers van Arbeid (1897) ge-
richt om in samenwerking tussen patroons en werknemers de onderlinge belangen te regelen. Met name het kabinet
Pierson (1897-1901) was zeer actief in sociale wetgeving.
Het introduceerde de Ongevallenwet, die de werkgever verplichtte zijn arbeiders te verzekeren tegen ongevallen
tijdens de uitoefening van hun werk, de Woningwet, die het Rijk de mogelijkheid verschafte via renteloze voor-
schotten aan gemeenten of woningbouwverenigingen een goede volkshuisvesting te stimuleren, de Gezondheidswet
met zorg voor de openbare hygiëne en met toezicht daarop door inspecteurs voor de volksgezondheid en Kin-
derwetten ter bescherming tegen mishandeling van kinderen en om criminele minderjarigen weer op het rechte pad
te brengen.
De hier gememoreerde sociale wetgeving heeft er zeer toe bijgedragen dat, toen Noord-Brabant de twintigste
eeuw in ging, er een sociaal kader was geschapen, dat aansluiting gaf op de modernisering, die in de economie al eer-
der was begonnen. Het sociale bestel bij de tijd brengen was voor een duurzame stabiliteit van de samenleving van
grote betekenis. De nationale spoorwegstaking van 1903 was een teken aan de wand, dat de arbeidsverhoudingen in
een modem bestel om een ingrijpend andere benadering vroegen. De strijd om de collectieve arbeidsovereenkomst
zou bij de arbeidersorganisaties een grote rol gaan spelen.

klik op de pijlpunt links voor de volledige inleiding
De politieke beweging in deze jaren was echter nog niet gericht op sociaal-structurele veranderingen op de werk-
vloer. De aandacht ging uit naar andere punten. Deze betroffen zaken als verhoging van de subsidiëring en ge-
lijkstelling van het bijzonder onderwijs, de invoering van algemeen kiesrecht, de uitbouw van de sociale wetgeving
en protectie door de overheid ter bescherming van het bedrijfsleven.
Hadden aanvankelijk Breda en ’s-Hertogenbosch in het industrialisaticproces wat achterop gelopen, op het eind
van de negentiende eeuw kwam daarin verandering. Buiten de omknelling van de oude vestingwallen werden hier
uitbreidingsplannen gerealiseerd. Het aanbod van nieuw industrieterrein schiep de mogelijkheid ook hier tot een
grootscheepse industrialisatie te komen.
In Bergen op Zoom ontwikkelde de metaalnijverheid zich voorspoedig. De impuls hiertoe ging uit van de ge-
avanceerde beetwortelsuikerindustrie in West-Brabant, die behoefte had aan reparatiemogelijkheden voor het
machinepark. De volgende fase was, dat uit deze activiteit de vervaardiging van installaties volgde. Er kwamen con-
structiewerkplaatsen annex ijzergieterijen. In 1909 vond in deze stad 39,4% van alle in de nijverheid werkzame perso-
nen een bestaan in die branche.
De snelle opgang van het industrialisatieproces na 1890 was in belangrijke mate te danken aan de gunstige con-
junctuur die zich sedert het begin van de jaren negentig inzette. De dynamisering van het bedrijfsleven werd be-
gunstigd door een aantal stimulerende maatregelen van de overheid, door de interne herstructurering van het pro-
duktieproces, door een aan de nieuwe tijd aangepast ondernemingsbeleid en door de meer positieve houding die
leidende maatschappelijke kringen in Brabant tegenover de industrie gingen innemen.
Een gevolg van de sterke bevolkingsgroei in de provincie was de vergroting van het arbeidsaanbod. Aangezien
de aanwezigheid van een ruim arbeidsreservoir een determinant was voor economische groei, speelde deze factor
Brabant in de kaart. Maar naast de kwantiteit van het arbeidsaanbod was nu ook de kwaliteit van groot belang
geworden. Bij dit laatste ging een belangrijke stimulans uit van het onderwijs.
 
Medium : Boek
Taal : Nederlands
Uitgever : Boom Amsterdam/Meppel op initiatief van Provincie Noord Brabant
Aantal pagina's : 432
 
 

Vorige object   Volgende object

 

Uitgebreid zoeken
 
Record aangepast: 22 maart 2022