![]() |
![]() |
HEEMKUNDEKRING
|
![]() |
![]() |
|
|
![]() Klik op deze tekst voor een 100% weergave van bovenstaande afbeelding |
|
Boeknummer | : | 00449 |
---|---|---|
Titel | : | Huisraad, Vee en Boerengereedschap in de 17e en 18e eeuw |
Auteur(s) | : | Christ Buiks |
Verschijningsjaar | : | 1995 |
Beschrijving | : | Themanummer van tijdschrift van Heemkundekring De Vlasselt INHOUD INLEIDING............................................. 4 INVENTARIS OPGEMAAKT IN 1618.......................... 8 graan en koren in het sterfhuis..................... 8 houtwerk............................................ 9 ijzerwerk.......................................... 16 koperwerk.......................................... 17 tin en aardewerk .................................. 19 linnengoed......................................... 20 wollen stoffen..................................... 21 veestapel...........................................22 UIT DE OVERIGE INVENTARISSEN......................... 23 keuken - aardewerk - vuur ......................... 23 kleren-bedden-linnengoed........................... 35 zuivel - emmers - tonnen............................41 rundvee - paarden - paardentuig.....................43 graan - hooi - stro ............................... 51 landbouwwerktuigen .................................55 varia.............................................. 63 DE HOEVEN OP DE NOORD................................ 67 Eerste Hoeve....................................... 67 Tweede Hoeve....................................... 69 Derde Hoeve ....................................... 71 Vierde Hoeve........................................73 Vyfde Hoeve..........s............................. 74 Sesde Hoeve........................................ 75 LITERATUUR........................................... 76 INLEIDING Wat voor meubilair en wat voor keukengerei hadden de mensen vroeger, wat voor landbouwwerktuigen bestonden er, hoe was de indeling van het huis en andere vragen zullen in dit verhaal aan de orde komen. Over deze onderwerpen is in de buurt van Breda nog niet veel onderzoek gedaan. Toch is er materiaal genoeg. Vooral de staten en inven- tarissen, waarin de boedel van een overledene wordt beschreven, leveren enorm veel inlichtingen over de zogeheten materiële cultuur van onze voorouders. Probleem is wel dat veel benamingen ons totaal onbekend zijn, zeker als men niet op de hoogte is van hel plaatselijk dialekt. Ook woordenboeken verschaffen hier niet altijd uitkomst, omdat de termen soms alleen in een bepaalde regio bekend waren. Soms weten bejaarde mensen nog de naam van een al lang in onbruik geraakt voorwerp. De namen van de voorwerpen varieerde per dorp en tijd. Bij het overlijden van één of de beide ouders werd vaak de inboedel getaxeerd. Ook gebeurde dit bij inbeslagname (bijvoorbeeld als iemand niet op tijd betaald had). Taxatie van de inboedel was nodig om aan de erfgenamen ieder een gelijk part toe te kunnen delen. De schepenen1 gingen dan naar het betreffende huis en stelden een lijst van de bezittingen met hun waarde op. Die lijsten zijn bij duizenden te vinden in de archieven. Ze geven een goede indruk wat voor meubels, bestek, linnengoed, bedden, landbouwalaam, speciale werktuigen etc. er waren. Bij het opstellen van de lijst van bezittingen konden er twee wegen bewandeld worden namelijk: ordenen per vertrek - kamer of ordenen naar de soort materiaal (bv. ijzerwerk, koperwerk, hout etc.). Deze laatste methode werd in de onderzochte inventarissen van Terheijden het meest toegepast. De meeste beschrij vingen hebben betrekking op boerderijen. Ook bij burgers was vroeger trouwens veel boerengereedschap te vinden. Op elke boerderij kwam uiteraard een minimum aan gereedschap voor, zoals een schop, een riek, een ploeg etc. Maar toch bestonden er enorme verschillen tussen de rijke boeren en de keuters. Interessant is ook dat we uit de inventarissen op kunnen maken welke kamers een boerderij had, waar de schuur stond (vast aan de stal of los), of er hooibergen waren en zo nog tientallen andere feiten meer. In dit boekje beperken we ons tot het huisraad en het boerengereedschap. Een groot deel van de benamingen zal de moderne lezer onbekend voorkomen. Soms zijn die oude namen nog te vinden in (Middel- nederlandse) woordenboeken, soms ook niet. En dan moeten we uit de context proberen op te maken waar het werktuig voor diende. De onderzochte inventarissen zijn afkomstig uit R193, R194 en R195 Terheijden (streekarchief Oosterhout) en dateren uit de 17e en 18e eeuw. We geven dus een soort samenvatting van een stuk of 20 verschillende inboedels. Achter de naam staat het sterfjaar van de betrokkene en soms (voorafgegaan door de 'X'2) de echtgenoot/ echtgenote. De bezitters van al die goederen waren: - Quiryn Peeter Henricx de Backer, 1618, - Josyntken Claessen, 1665, - Pietronella Meynaerts, 1712, - Anneken Otte van Roelen, 1715, - Marya van Rooy, 1715X Adriaen Cornelis Smit, - Adriaen Snyders alias van Chaam, 1715 X Willemijn Steven Schouw, - Hendrick Peter Bressers, 1716, - Govert Bastiaensen van der Made, 1717X Cornelia de Hul, - Cornelia Dirven 1717 X Peter Jan Quirynen, - Cornelis Adriaen Dircken, 1722, - Pieternella van Loon, 1723, - Nicolaes Anthony Franssen, 1724X Anna Maria Meeuwesen, - Pieternella de Gref, 1727 X Cornelis Gastelaers, - Anthony Cornelis Quirynen, 1732 X Jenne Cornelis Luykx, - Comelia Cornelis Krijnen, 1732 X Stoffel van Sundert, - Henderick Frijlink, secretaris, 1738 X Willemina van Beeck (opvallend rijke inventaris met veel zilver, meubilair etc.), - Bartholomeus Huybrecht de Jonge, 1759 X Bastiaenken Adriaensen van Leijen. Van de eerstgenoemde is de meest interessante lijst gevonden. Daarom wordt deze helemaal weergegeven. Quiryn Peeter Henricx de Backer was oud-schepen van Terheijden en overleed in 1618. Hij had vier kinderen: Willemken, een dochter van 10 jaar, Nelleken, 9 jaar, Geraerdt, 7 jaar en Peeter, 5 jaar, waarvan de moeder Jenneken Geraerdt Theunissen was. Opvallend in deze inventaris is een zeer vroege vermelding van het woord moos, de op één na oudste tot nu toe in de Baronie. In 1548 wordt in het kasteel van Strijen te Oosterhout reeds een moos vermeld. Vervolgens worden uit de andere inventarissen de voorwerpen ingedeeld naar groepen: - keuken-aardewerk-vuur - kleren-bedden-linnengoed - zuivel - emmers - tonnen - rundvee-paarden-paardentuig - graan - hooi - stro - landbouwwerktuigen - varia. Tot slot wordt weergegeven wat er in de grote boerderijen op de Noord aanwezig was in 1670. |
Medium | : | Brochure |
Taal | : | Nederlands |
Uitgever | : | Heemkundekring De Vlasselt |
Aantal pagina's | : | 76 |