HEEMKUNDEKRING
OP DE BEEK
PRINSENBEEK

Beeldbank Bibliotheek

   
 

Heemkundekring 'Op de Beek' Beeldbank Bibliotheek Zoekresultaat

Aantal gevonden publicaties : 5   (uit: 638)


Uitgebreid zoeken
Gesorteerd op:  Boeknummer

Klik op publicatie voor vergroting en meer informatie

1. Boeknummer: 00082  
Beekse Herbergen. Doesse nogges vol..
Ondernemingen -- Algemeen           (2008)    [Kees Nagelkerke]
Beekse Herbergen
Dit boek is via deze link verkrijgbaar in de winkel van Heemkundekring Op de Beek.

VOORWOORD
Zo oud als de mens is hebben er waarschijnlijk ook plaatsen bestaan waar men samen komt. Een plek om elkaar te treffen, een gesprekje aan te knopen en ook
om gegevens en ervaringen uit te wisselen. Vrijwel ieder mens heeft behoefte aan sociale contacten en zoekt graag de medemens op. Dan ligt het al snel voor
de hand om samen iets te drinken. En natuurlijk zijn er dan mensen die het gat in de markt zien en zo’n plaats van samenkomst oprichten. Zij willen dan daar
-uiteraard tegen betaling- als een soort gastheer/vrouw wel zorgen voor de benodigde drank en wat dies meer zij. Daardoor ontstaat een gezellige sfeer en
voelt de bezoeker zich een beetje thuis. En dan niet alleen de toevallige bezoeker maar ook iedereen die op zoek is naar gezelligheid en vertier. Het samen beleven
van gezelligheid en het elkaar leren kennen in een informele sfeer, schept een band en legt de basis voor het welbevinden in een gemeenschap.
Ik wil hiermee maar zeggen dat ontmoetingsplekken een niet te onderschatten functie hebben. Immers zij bieden een plaats waar het individu een ander mens
wordt, onderdeel uitmakend van een gezelschap waarin men met elkaar praat, naar elkaar luistert en samen plezier maakt.
Iedere gemeenschap heeft dan ook behoefte aan dergelijke gelegenheden en het maakt dan in principe niet uit of dit de naam draagt van herberg, café, restaurant,
kroeg, disco of welke soorten er nog meer zijn.
Prinsenbeek maakte en maakt hierop geen uitzondering. En dat is maar goed ook, want kunt u zich bijvoorbeeld kermis of carnaval voorstellen zonder cafés?
Dat er in de loop der jaren veel veranderde op horecagebied is logisch. Ook hier stond de tijd niet stil en volgden de ontwikkelingen elkaar op. Van de vroegere
'stille knip' naar de huidige 'bar' is een hele stap. En hoe dat in Prinsenbeek allemaal in zijn werk ging kunt u lezen in dit boek.
We moeten erg blij zijn dat er mensen zijn die dit allemaal voor ons en ons nageslacht op papier willen zetten en onze plaatsgenoot Kees Nagelkerke is een
van hen. Met veel kennis van zaken en uitermate goed gedocumenteerd heeft hij een uniek stukje geschiedenis van ons dorp beschreven.
De omslag wordt gesierd met een erg fraaie en zeer treffende tekening van eveneens onze plaatsgenoot Jan Tankink.
De dank van het bestuur van de Heemkundekring OP DE BEEK en zeker ook van alle lezers gaat uit naar de auteur en illustrator en al degenen die hun
medewerking gegeven hebben.
Geniet - onder het genot van een glaasje - samen van dit boek. En...redt u het niet met één glaasje dan roept u maar: „Doesse nogges vol....
Ad van Melis
Voorzitter Heemkundekring OP DE BEEK.

TER INLEIDING
Al zolang de wereld bestaat worden over heel diezelfde wereld al bier en alcoholische dranken gedronken. Nooit en te nimmer nog weg te denken, het zal
dus altijd zo wel blijven. .
- Er bestaan talloze stokerijen, zowel grote als kleine.
- En zijn duizenden brouwerijen, waarvan ook veel regionale.
- Er zijn en worden miljarden liters gedronken.
- Er zijn vele boeken over geschreven.
- Er zijn diverse liederen over gecomponeerd.
- Er zijn verschillende musea voor opgericht.
- Er zijn ontelbare cafés, restaurants, hotels, cafetaria’s enz.
- Er verdienen massa’s mensen hun brood in de branche.
- Er zijn groothandels, gespecialiseerd op dit gebied.
- Er zijn duizenden soorten en nog meer merken.
- Er worden beurzen, tentoonstellingen en exposities voor gehouden.
- Er zijn, het getal mag u zelf invullen,...drinkers, zeg maar liefhebbers.
- Er is veel, heel veel vreugde aan beleefd.
- En...het heeft ook veel verdriet, ellende en armoede gebracht.

Al in eerdere schrijvens heb ik laten weten dat Prinsenbeek, maar zeker ook het vroegere Beek, altijd en overal aan meedeed en meedoet. Op alle gebied en dat
geldt dan ook op horecagebied.
In dit boek gaat u daar veel over lezen, want één ding staat zo vast als een huis:
'OP DE BEEK IS NOOIT DORST GELEDEN'

In een ver verleden, we spreken dan over de jaren rond 1700, waren er in Beek toch vijf kleine huisbrouwerijen en wel die van Jan Lips, Adriaen Jan Dirven,
Adriaen Boeren jan Melissen en Adriaen Poppelaars.
Er waren vroeger naast een groot aantal herbergen ook verschillende clandestiene drinkgelegenheden en ook toen was er al de lokale concurrentie. Om u als lezer
toch een indruk te geven van het Beekse drankgebeuren, publiceren we hier als voorbeeld de jaaromzet van bier in het jaar 1907. (eeuw geleden.)
Nuyten 1200 liter, Veehandelshuis 800 liter, P. Dircken 750 liter, Aartsen 670 liter, Ch. Mouwen 600 liter, Frijters 600 liter, Sterkens 500 liter, G. Mouwen 450 liter, ’
J. Dircken 450 liter, C. Mulder 400 liter, van Dorst 180 liter, Ch. Schalk 160 liter en tenslotte de wed. Leijs en H. Rops elk 120 liter.
Bij elkaar toch zo’n slordige 7000 liter op een aantal van ca. 2000 inwoners Als we het hier over Beek hebben bedoelen we het gehucht, het kerkdorp Beek
want we behoorden toen nog bij de gemeente Princenhage en op 1 januari 1942 werd Beek zelfstandig. Per 1 januari 1951 is het Prinsenbeek gaan heten De
daarop volgende annexaties van 1976 en 1997 zijn genoegzaam bekend.

klik op de pijlpunt links voor de volledige inleiding


Beek groeide, er kwamen nog enkele cafés bij en er werden er diverse gesloten en net voor de tweede wereldoorlog kende Beek, schrikt u niet, 25 herbergen en
diverse stille knipkes bij een inwonertal van om en nabij 4000 mensen en....... het kan immers niet anders ook veel liefhebbers.

Veel dingen waren toen overigens wel effekes anders zoals:
Niet één uitbater, herbergier, kastelein kon met het café de kost verdienen.
Vrouwen kwamen toen nog niet (nauwelijks) in cafés. Er werden andere dranken verkocht dan tegenwoordig. Toen een schilletje, een boerenjongen, Bossche
pop en veel donker bier om maar eens wat te noemen. Bossche pop was jenever die gemengd werd met kruiden, die uit 's Hertogenbosch afkomstig waren. Dit
mengsel moest dan wel in een stenen kruik een tijdje trekken. Het was goed voor de maag en nog lekker ook! Limonade kende men natuurlijk ook, maar van cola,
tonic of spa had men nog nimmer gehoord.

Nu kan men een keuze maken uit tientallen verschillende bieren en talloze inlandse en buitenlandse sterke dranken, likeuren en frisdranken. En natuurlijk
veel wijnen in allerlei prijsklasse en kwaliteiten.

Vroeger verkocht men in de kruidenierswinkels geen sterke drank en dronken we in Beek thuis alleen met feest- en verjaardagen. En dan is het nu 2008.
Een ieder ervaart het drinken van alcohol op zijn of haar manier, drinkt het thuis of buitenshuis en maakt hieromtrent de eigen keuze.
We kennen op de Beek overigens niet meer naar 30 cafés, maar nog slechts naar 11. Daarbij komt wel dat er nu gelegenheid tot drinken is bij de kantines van
voetbalvereniging Beek Vooruit, Tennisvereniging Prinsenbeek, Hockeyvereniging H.C.P., Golfclub Albatross, de drie cafetaria’s, de Shoarma, de Wok, de Chinees en
de Zilverberk.

Toch is het interessant om meer te weten te komen van die vele cafés, waar stonden ze, wie waren de verschillende uitbaters, wat deden zij nog meer en wat
gebeurde er zoal?
Elk café heeft immers toch 'zijn' verhaal. Nog interessanter is om het met foto’s en afbeeldingen te omlijsten. Er zijn enkele foto’s bij die kwalitatief niet al te
best zijn, maar wel aan het herbergverhaal verbonden als herinnering en daarom verantwoord om ze toch te plaatsen.

Daarom is dit boek geschreven. Het is een vervolg op de boeken Beekse Bakhuisjes en Beekse Negotie om zo op deze wijze te weten hoe het Beek
van vroeger was, hoe Bekenaren woonden en leefden en nu dus ook waar de Bekenaren hun sociale contacten hadden en waar men een lekker borreltje of
biertje kon gaan drinken.
Het spreekt vanzelf dat van het ene etablissement meer te vertellen is dan van het andere, maar u, lezer zult er een goed beeld van krijgen.
Dan nog dit. Ik zou tekort schieten als ik hierbij Ad van Melis, voorzitter van onze heemkundekring, niet zou noemen om hem speciaal dank te zeggen voor het vele
werk dat hij heeft gedaan bij de voorbereidingen van dit boek. Verder wil ik ook graag de diverse families hartelijk danken voor hun medewerking, het uitlenen
van hun (veelal dierbare) foto’s en de kopjes koffie die ik tijdens mijn bezoeken heb gekregen.
Tot slot wens ik u veel leesgenoegen.
Kees Nagelkerke.


Heemkundekring Op de Beek;  
 

2. Boeknummer: 00188  
Kruiden in het Bredase Begijnhof
Natuur -- Kruiden           (onbekend)    [N. Sprangers, J.Timmers]
Kruiden in het Bredase Begijnhof

De Bredase kruidentuin in het Begijnhof
De kruidentuin van het Bredase Begijnhof bestaat
uit een verzameling van twintig kleine kruiden-
tuintjes, van elkaar gescheiden door haagjes en
gegroepeerd rond een langwerpig grasveldje.
Dit grasveldje is een voormalig bleekveld waar
vroegere bewoonsters, de begijntjes, hun wasgoed
te drogen legden. Waar nu de kruidentuintjes te
zien zijn bevonden zich moestuintjes waar men
voor eigen gebruik wat groente en fruit kweekte.
Begijntjes vormden al in de middeleeuwen een
gemeenschap van alleenstaande vrouwen die na
het afleggen van een eenvoudige gelofte op een
hofje gingen samenwonen en voornamelijk werk-
zaam waren in de gezins- en ziekenverzorging.
Het is geen kloosterorde. Toch betekenden ze een
belangrijke aanvulling op de taken die nonnen en
paters verrichten in de stedelijke samenlevingen.
In de jaren tachtig is de laatste Bredase begijn over-
leden.Tegenwoordig wonen er op het Begijnhof
alleenstaande oudere vrouwen, zodat het verleden
naadloos over is gegaan in het heden.
De historische sfeer van het hofje is, mede dank zij
de kruidentuin, haast onaangetast gebleven.
Momenteel staat er een verzameling van ongeveer
300 deels medicinale kruiden en deels kruiden voor
gebruik in de keuken. De gemeente Breda heeft in
1970 de kruidentuin ingericht en is verantwoorde-
lijk voor het dagelijkse onderhoud.

Dienst Stadsbeheer Gemeente Breda;  
 

3. Boeknummer: 00291  
Wat onze voorouders wisten
Natuur -- Kruiden           (2020)    [Doorn Ien]
Wat onze voorouders wisten. Kruiden rondom Terheijden, Wagenberg en Langeweg

Voorwoord
‘Wat onze voorouders wisten'
Wat wij jammer genoeg al lang vergeten zijn, is wat de natuur ons allemaal te bieden heeft op het gebied van voedsel en geneeskrachtige kruiden.
Het hele jaar door geeft de natuur ons wilde planten die boordevol gezonde voedingsstoffen zitten, eetbaar en smakelijk zijn.
Onze voorouders gebruikten geneeskrachtige kruiden om o.a. maagklachten te bestrijden, bloedingen te stoppen, botbreuken te behandelen
en zelfs voor geestelijke vlieguren.

In dit boekje wordt verteld welke planten je kunt eten, welke je zeker niet moet eten en hoe ze vroeger in de volksgeneeskunde werden gebruikt.

Er geldt een aantal (ongeschreven) regels voor het wild plukken:
• Weet je het niet, dan eet je het niet. Dit omdat er ook giftige planten bestaan.
• Is een plant zeldzaam maar wel eetbaar dan laat je die staan.
• Is een plant beschermd of staat hij op de rode lijst, (hierover later meer wanneer we het over postzegelnatuur hebben) ook dan lekker laten staan.
• Wildplukken valt onder stroperij. Kleine hoeveelheden plukken wordt oogluikend toegestaan. Pluk je grote hoeveelheden, dan is dit strafbaar.

Op deze plaats wil ik Gwen van der Meer en José van Hooijdonk bedanken voor het corrigeren van kromme zinnen en andere vergissingen.
Fons de Weert bedank ik voor de vormgeving.

Recepten vindt je bij de volgende plantnummers: 1,11, 13,20, 36,53,55, 69 een aanrader: 76,93,97 en 103.

Veel leesplezier gewenst
Ien Doorn

Heemkundekring De Vlasselt;  
 

4. Boeknummer: 00292  
Wat onze voorouders wisten
Natuur -- Kruiden           (2021)    [Doorn Ien]
Wat onze voorouders wisten. Kruiden rondom Teteringen

Voorwoord
‘Wat onze voorouders wisten'
Wat wij jammer genoeg al lang vergeten zijn, is wat de natuur ons allemaal te bieden heeft op het gebied van voedsel en geneeskrachtige kruiden.
Het hele jaar door geeft de natuur ons wilde planten die boordevol gezonde voedingsstoffen zitten, eetbaar en smakelijk zijn.
Onze voorouders gebruikten geneeskrachtige kruiden om o.a. maagklachten te bestrijden, bloedingen te stoppen, botbreuken te behandelen
en zelfs voor geestelijke vlieguren.

In dit boekje wordt verteld welke planten je kunt eten, welke je zeker niet moet eten en hoe ze vroeger in de volksgeneeskunde werden gebruikt.

Er geldt een aantal (ongeschreven) regels voor het wild plukken:
• Weet je het niet, dan eet je het niet. Dit omdat er ook giftige planten bestaan.
• Is een plant zeldzaam maar wel eetbaar dan laat je die staan.
• Is een plant beschermd of staat hij op de rode lijst, (hierover later meer wanneer we het over postzegelnatuur hebben) ook dan lekker laten staan.
• Wildplukken valt onder stroperij. Kleine hoeveelheden plukken wordt oogluikend toegestaan. Pluk je grote hoeveelheden, dan is dit strafbaar.

Op deze plaats wil ik Gwen van der Meer en José van Hooijdonk bedanken voor het corrigeren van kromme zinnen en andere vergissingen.
Fons de Weert bedank ik voor de vormgeving.

Recepten vindt je bij de volgende plantnummers: 1,11, 13,20, 36,53,55, 69 een aanrader: 76,93,97 en 103.

Veel leesplezier gewenst
Ien Doorn

Heemkundekring Teterings Erfdeel;  
 

5. Boeknummer: 00312  
Wat onze voorouders wisten
Natuur -- Kruiden           (2021)    [Ien Doorn]
Wat onze voorouders wisten. Dl 2. Kruiden rondom Terheijden Wagenberg en Langeweg


Voorwoord
‘Wat onze voorouders wisten'
Wat wij jammer genoeg al lang vergeten zijn, is wat de natuur ons allemaal te bieden heeft op het gebied van voedsel en geneeskrachtige kruiden.
Het hele jaar door geeft de natuur ons wilde planten die boordevol gezonde voedingsstoffen zitten, eetbaar en smakelijk zijn.
Onze voorouders gebruikten geneeskrachtige kruiden om o.a. maagklachten te bestrijden, bloedingen te stoppen, botbreuken te behandelen
en zelfs voor geestelijke vlieguren.

In dit boekje wordt verteld welke planten je kunt eten, welke je zeker niet moet eten en hoe ze vroeger in de volksgeneeskunde werden gebruikt.

Er geldt een aantal (ongeschreven) regels voor het wild plukken:
•    Weet je het niet, dan eet je het niet. Dit omdat er ook giftige planten bestaan.
•    Is een plant zeldzaam maar wel eetbaar dan laat je die staan.
•    Is een plant beschermd of staat hij op de rode lijst, dan lekker laten staan.
•    Wildplukken valt onder stroperij. Kleine hoeveelheden plukken wordt oogluikend toegestaan. Pluk je grote hoeveelheden, dan is dit strafbaar.

Goede vriendin Gwen van der Meer wil ik bedanken voor het redigeren van dit boekje.
Van oud collega Henk Schell kreeg ik toestemming om zijn foto’s van het penningkruid, rodekoolzwam, korenbloem en paardenbloem te gebruiken. Hiervoor mijn dank.
Fons de Weert wil ik bedanken voor de vormgeving.
Veel leesplezier gewenst
Ien Doorn


Heemkundekring De Vlasselt;  
 

 

Uitgebreid zoeken

Laatste wijziging binnen getoonde publicaties: 24 april 2022